Annemarieken

 

Pagina: 510

Uit Frans-Vlaanderen.

1.
Wel Annemarieken, waar ga je naar toe? (bis)
’k Gane naar buiten al bij de studenten ) bis.
Hopsasa, falala, Annemarie. )

2.
Wel Annemarieken, wat ga je daar doen?
Haspen en spinnen, studentjes beminnen.

3.
Wel Annemarieken, heb jij er geen man?
Heb ik geen man, ik krijge geen slagen.

4.
Wel Annemarieken, heb jij er geen kind?
Heb ik geen kind, ik moete niet zorgen.

5.
Wel Annemarieken, heb jij er geen lief?
’k Heb er niet één, maar ’k heb er wel duizend.

PDF icon Download partituur